Gisteren kwamen (mijn nicht) Tanja en André op visite. We hebben gekletst, een rondleiding gedaan, gepraat, gewandeld (een dooie pad tegengekomen), geouwehoerd, gegeten en van de zonsondergang genoten.
Vandaag ben ik eerst naar de fysiotherapeut geweest, die was niet ontevreden.
Vandaag stond verder in het teken van de waterput. Nu het steeds droger wordt, en de regentonnen leeg zijn, drong de vraag zich steeds meer op of er onder de betonplaat van de put niks zou zitten, of een heuse put met water. En dus heb ik een gaatje in de betonplaat geboord (de ouwe trouwe betonhamer liet mij wederom niet in de steek), er een stuk installatiedraad in gestoken om te zien of er een holle ruimte zat en zo ja, of daar water in zat. Die holle ruimte zat er, de draad kon ik zomaar 1,5 meter in het gat steken.
Jawel hoor, druppels aan het installatiedraad!
Irene en ik hebben samen de putopbouw van de put gekanteld en vervolgens de betonplaat vrijgemaakt en weggekanteld (natuurlijk allemaal met in achtneming van mijn rug).
Dit was het moment van de waarheid...
Er verscheen een ronde put onder een vierkant gat, waarin twee rioolbuizen uitkomen. Het water stonk niet en is redelijk helder.
Met een emmer waaraan ik een leidsel vastgemaakt had (ooit gevonden in de duinen), hebben we de nodige emmers water gevuld zodat Irene de planten kon bewateren.
We hebben geprobeerd te achterhalen wat er op de put loost, maar dat hebben we nog niet uitgevogeld. Vanwege de ene rioolbuis die in de weg zit als de deksel er uiteindelijk weer op zit overwegen we nu een pomp. Er ligt ook nog een laag modder onderin de put die we er uit willen hebben, maar dat is voor later. We hebben weer water, en dat is voor nu het belangrijkste.
We zijn meer dan blij met onze ontdekking. Want laten we wel wezen, een sfeervol woudboerderijtje zonder put is toch net niet helemaal wat het zou moeten zijn.
De zwaluwjongen zitten overigens nog steeds op het nest.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten