Irene en Joukje kregen tijdens hun wandeling een flinke hagelbui over zich heen. Maar dat maakte hun niks uit, het zijn geen watjes natuurlijk. Eenmaal weer thuis (George was inmiddels ook gearriveerd), hebben we van Irene's worteltjestaart gesmuld, waarna Irene en ik naar de sauna zijn gegaan. Dat was lekker en bovenal heilzaam voor m'n rug. Die speelde namelijk weer op nadat ik na het ziekbed weer een beetje onbezonnen aan de gang was gegaan.
Toen ik het zoldertje aan het schoonmaken was heb ik, briljant als ik ben, de stofzuiger naar beneden laten flikkeren. De motor, die zich bij de val afgescheiden had van de container, bleef gewoon doordraaien. Eenmaal beneden heb ik geconstateerd dat de barst van de eerdere val groter was geworden en niet meer de enige barst in de behuizing was. De stofzuiger functioneert overigens nog wel. Zij het dat die nu nog veel meer herrie maakt dan ie al deed. Piepende oren waren het gevolg. Je kan nog beter aan het einde van de Polderbaan wonen... Gelukkig heb ik ook nog m'n kleine stofzuiger, die heb ik gebruikt voor het lichtere werk. Al met al was het een behoorlijk karwei, dat schoonmaken. Nou schiet het natuurlijk ook niet op als je de ene stofzuiger aanzet terwijl je met de slang van de andere stofzuiger probeert zaagsel op te zuigen. Of, nadat je de slang weer eens ontstopt hebt, deze op het verkeerde gat aansluit en vervolgens verbaasd staat te kijken dat het zaagsel weggeblazen wordt in plaats van opgezogen. Hoe dan ook, het is nu een stuk schoner en opgeruimder dan het was.