09 september 2021

Geen puf

Niet vooruit te branden was ik vandaag. Het zal wel de weerslag zijn van het harde werken van gisteren. Vanmorgen heb ik een beetje rondgelummeld, Irene een beetje geadviseerd over haar kippenrenhek en een piep klein beetje opgeruimd bij de bouwplaats. 

Irene heeft momenteel maar één doel in het leven, de ren afmaken. Het hek is af, nu is ze bezig met de palen te slaan waar het gaas aan komt.




Vanmiddag vond ze het genoeg, te heet om te werken, en is ze lekker gaan zwemmen. Ik heb van arremoede maar een aanhangwagen groenafval weggebracht en bij thuiskomst weer gevuld. En omdat ik toch langs de Praxis kwam heb ik meteen maar een haakje meegenomen voor het kippenrenhek omdat ze zulke kleine haakjes bij de Kluswijs niet verkopen.



Dat was het wel qua werkzaamheden.

De paarden van George staan nu de hele dag naast ons te grazen. Dat maakt nog aardig wat geluid, maar is niet storend. Net als de lucht die ze verspreiden. Dat gaat regelmatig ook met aardig wat geluid gepaard trouwens. Wat wel storend is, is dat we nu onvermijdelijk geconfronteerd worden met paardenvliegen. En die steken. Krokus zit regelmatig tussen de beplanting door naar de paarden te gluren, ze vind het duidelijk best spannend, die grote beesten.

Over beesten gesproken, de WC had wederom niets opgepikt vannacht. Dat wil ook weer niet zeggen dat ik helemaal niets te melden heb van het beestenfront. Vanmorgen trapte ik bij de schuur namelijk bijna op een rups van Groot Avondrood, een nachtvlinder die al eerder in het blog voorbij is gekomen. Het blijft een imposante verschijning (voor een rups dan). Ongeveer 8 cm lang en zo zo dik als mij  pink.


De lange bruine rups wordt ook wel olifantsrups genoemd en trekt bij verstoring zijn kop iets in en beweegt dan zijn 'nek' heen en weer. Door de oogachtige niervormige vlekken en spits toelopende 'kop' (eigenlijk de voorzijde van het lichaam) lijkt hij nu op een slang, waar hij zelfs tuinierende mensen mee aan het schrikken maakt.

En weer had ik zojuist bijna een wesp in mijn mond. Een beetje onbezorgd een glaasje Martini drinken is er niet bij, je moet bij elke slok op je hoede zijn.

Plantennieuws is er ook. Irene ontdekte dat er olijfen aan onze olijfbomen zitten! Twaalf in getal, niet genoeg voor wat dan ook, maar toch. Wij zijn er blij mee.



En dan blijken we ook nog eens de krant gehaald te hebben (Stellingwerf, een regionale krant). D.w.z Irene, op de foto bij het verslag van de rondleiding bij de Linde staat ze prominent in beeld. Ik had een wat bescheidener positie buiten beeld ingenomen, zoals van mij te verwachten was natuurlijk.



 Dat was hem weer.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten